Het Regeerakkoord heeft een pakket fiscale hervormingsmaatregelen voorgesteld, waaronder een ingrijpende wijziging van de fiscaliteit inzake DBI-fondsen. Als deze plannen worden doorgevoerd, treden ze in werking vanaf aanslagjaar 2026. Het is voorlopig nog onzeker of en hoe de wijzigingen precies zullen worden doorgevoerd wegens gebrek aan een wetsontwerp. De experten van PIA Advisory houden de fiscaliteit nauwlettend voor u in de gaten.
Wat houdt deze hervorming precies in? En hoe kan ze jouw onderneming raken? Onze experts zetten de voorlopige krachtlijnen die blijken uit het Regeerakkoord op een rij.
Even opfrissen: wat is de DBI-aftrek?
Belgische vennootschappen die dividenden ontvangen van andere vennootschappen lopen het risico op dubbele belasting. Want de winst is al belast bij de uitkerende partij én wordt in principe opnieuw belast bij de ontvanger.
Om dat te vermijden bestaat de aftrek voor definitief belaste inkomsten (DBI-aftrek). Die zorgt ervoor dat ontvangen dividenden onder bepaalde voorwaarden kunnen worden vrijgesteld van belasting in de vennootschapsaangifte. Zo moet het moederbedrijf minstens 10% of aandelen met een aanschafwaarde van minstens €2,5 miljoen van de dochter bezitten.
Fiscale voordelen van een DBI-fonds
Voor kmo’s is het moeilijk om aan deze voorwaarden te voldoen. Zij kan thans wel beleggen in DBI-fondsen. Dit zijn aandelenfondsen in de vorm van een vennootschap dewelke minstens 90% van hun netto-inkomsten uitkeren. Een DBI-fonds is een populair beleggingsproduct omdat de inkomsten uit zo’n fonds, alsook de meerwaarde op de aandelen ervan in aanmerking komen voor DBI-aftrek en daarmee dus vrijgesteld zijn van vennootschapsbelasting. Daarenboven kan de roerende voorheffing van 30% die het fonds moet inhouden op uit te keren dividenden gerecupereerd worden via de vennootschapsbelasting.
Het regeerakkoord en de DBI-fondsen
De regering heeft thans nieuwe regels aangekondigd voor beleggers in DBI-fondsen. De plannen houden onder andere in:
- Een forfaitaire heffing van 5% bij uitstap, ongeacht de duur van de investering.
- Een beperking van de verrekenbaarheid van roerende voorheffing met de vennootschapsbelasting: dit zou enkel nog mogelijk zijn indien de ontvangende vennootschap in het jaar van ontvangst minstens €50.000 bedrijfsleidersbezoldiging toekent.
Let op: er werd nog geen officieel wetsvoorstel ingediend in de Kamer, maar deze maatregelen maken wel deel uit van de fiscale hervorming binnen het regeerakkoord. De wijzigingen zouden ingaan vanaf aanslagjaar 2026.
Wat betekent dit voor jouw vennootschap?
Investeert je vennootschap in DBI-beveks? Dan zal je mogelijks rekening moeten houden met de nieuwe bijkomende bezoldigingseis en de heffing van 5% op de gerealiseerde meerwaarde bij uitstap uit het fonds.
Uw DBI-fondsen snel verkopen in 2025 om aan de heffing te ontsnappen blijkt geen ontsnappingsroute te zijn gezien de regering de maatregelen wil invoeren vanaf aanslagjaar 2026.
Wat moet je nu doen?
Voorlopig is het nog wachten op het wetsontwerp. De PIA-boekhouders en Advisory-experts volgen de ontwikkelingen op de voet en staan klaar om je bij te staan zodra de concrete wetgeving gepubliceerd wordt. Heb je nu al vragen of zaken die je wilt bespreken? Aarzel dan niet en neem contact met ons op. We helpen je graag verder.
Gerelateerd nieuws
Ontdek al het nieuwsMeer weten over onze diensten?
We helpen je graag verder.
Schrijf je in op onze nieuwsbrief